• Sprookjes en chips, Cecile Brommer, Zichtlijnen 68, januari 2000

    Showcontrol in attractiepark de Efteling

    Wat doen technici die in dienst zijn van een attractiepark? Bedienen ze de verschillende attracties, of hebben ze daar al virtuele realiteiten voor ontwikkeld? Het is iets ertussenin, zo concludeer ik na een bezoek aan de Efteling, met drie miljoen bezoeken per jaar het grootste attractiepark van Nederland. De Efteling is 72 hectare groot en heeft behalve attracties ook een golfbaan en zelfs een hotel. Maar de meeste bezoekers komen voornamelijk voor de bewegende sprookjesfiguren en de in scène gezette sprookjes. Onlangs kreeg de Sprookjesshow een prijs: de 'Big E-Award' voor de beste entertainment-productie in attractieparken ter wereld.

    Juist in deze tijd, waarin de Efteling bijkomt van een seizoen en decorstukken, voertuigen en sprookjesfiguren gecontroleerd en gerepareerd worden, hebben de technici van de Efteling tijd en mogelijkheid om zich bezig te houden met de ontwikkeling van nieuwe apparatuur. Cees van Berkel en Martin Slik vind ik bereid al mijn vragen hierover te beantwoorden. Op tafel staat een showcontroller die zij aan het bouwen zijn.

    Efteling, Sprookjes en chips, VPT, Zichtlijnen
    Slotscène van de Sprookjesshow. Foto: De Efteling.

    De technici van de Efteling ontwikkelen de apparatuur voor het grootste deel zelf. De belangrijkste reden dat zij bijvoorbeeld zelf de showcontrollers in elkaar zetten, is dat de showcontrollers die nu op de markt zijn, meestal zijn gemaakt voor het stroomlijnen van diapresentaties of lichtshows: evenementen waar de Efteling-attracties weinig mee gemeen hebben. Financieel is het daarom ook aantrekkelijker om ze zelf te ontwikkelen. Van standaard-apparatuur zou bij toepassing op Efteling-attracties maar een klein deel worden benut.

    Praktisch gezien heeft in eigen beheer ontwikkelen ook het voordeel, dat de nieuwe apparatuur op maat is en zonder problemen de plaats kan innemen van de oude. Minstens even belangrijk is de beschikbaarheid van componenten.

    Bij standaard-apparatuur, zo leert de ervaring, kun je ervan uitgaan dat een aantal componenten al na vijf jaar niet meer te koop is. Wanneer nu nieuwe ontwikkelingen aanpassingen verlangen, hoeft niet het hele systeem vernieuwd, maar kan het op onderdelen worden aangepast.

    Zeven dagen per week, tien uur per dag
    De meeste Efteling-attracties worden ook nu al door showcontrollers bestuurd. In de buurt van de attractie bevindt zich een apparatuur-unit, waarin 'Eproms' (Erasable Programmable Read Only Memory) zijn verwerkt. Eproms zijn kleine geheugenchips. Samen bevat een reeks chips de benodigde informatie om een show aan te sturen, zonder verdere inmenging van een technicus.

    De nieuwe showcontroller bestaat uit een moederbord zoals dat ook in PC's te vinden is, en een laptop. De software hebben de technici door een extern bureau laten schrijven in de zeer gangbare programmeertaal Delphi. Dat de Efteling overstapt op een moderne vorm van Showcontrol heeft met de grotere efficiëntie te maken: tijdwinst en daarom besparing van mankracht en geld.

    Cees en Martin stellen mij de vraag wat het theater nu zou willen en kunnen leren van de ontwikkeling van een showcontroller in de Efteling. Ze wijzen mij er op dat de programma's voor de attracties van het attractiepark eenmalig worden gemaakt. Een sprookjesfiguur wordt getekend, vormgegeven en in overleg met de technici van een mechaniek voorzien. Vervolgens leggen de technici in opdracht van de regisseur de bewegingen vast in de Eproms en als er niets misgaat, blijft dat twintig jaar hetzelfde.

    Waar de Efteling zijn prioriteiten legt bij de eisen die het attractiepark stelt aan de besturing van de apparatuur, verschilt daarom op belangrijke punten met de theaterpraktijk: het 'spul' moet duurzaam zijn, zonder problemen jarenlang, zeven dagen per week, tien uur per dag functioneren. Bovendien moet iemand met weinig kennis van techniek het 's ochtends en 's avonds met één knop aan en uit kunnen zetten.

    Veiligheid voor publiek en medewerkers komt nog eens voor dit alles. Na installatie wordt alle randapparatuur weggehaald en het besturingspaneel weggestopt in een kast in de buurt van de figuur die moet worden bestuurd.

    Duurzaam, maar kostbaar en traag
    Het grote voordeel van het werken met Eproms is, dat ze in principe niet kapot gaan - computers zoals bekend wel. Eenmaal ingebrand, goedgekeurd en opgeborgen, leveren de Eproms zelden meer problemen op.

    Het systeem met Eproms is echter traag, kostbaar en neemt veel ruimte in beslag. De inefficiëntie van de oude methode heeft als hoofdoorzaak dat de Eproms, eenmaal 'ingebrand', moeilijk aan te passen zijn. Wanneer na het programmeren een beweging er dus niet zo uitzag als de regisseur zich had voorgesteld, moest een nieuwe reeks chips worden gemaakt. Met de wetenschap dat voor een figuur als Hugo in Villa Volta ruim zestig Eproms nodig zijn en het inbranden van een Eprom gemiddeld zeven minuten duurt, is een nieuw systeem geen luxe.

    De interesse van theatertechnici in Showcontrol gaat met name uit naar betere communicatiemogelijkheden tussen de disciplines onderling: tussen licht, geluid en regie. De technici van de Efteling zien vooral een grote verbetering in de communicatie met de ontwerpers en regisseurs, in de mogelijkheid aan hun wensen te voldoen. Sterker nog, de software van de showcontroller die zij ontwikkelen is eenvoudig door de regisseur te bedienen.

    De Kleine Zeemeermin, Elfteling, VPT, Zichtlijnen

    Het programmeren van een koning
    De problemen in de communicatie tussen de Efteling-technici en de regisseurs zijn vergelijkbaar met de storingen die zich kunnen voordoen in de communicatie tussen theatertechnici en theaterregisseurs. De artistieke wensen van de regisseur zijn niet altijd realiseerbaar, net zo goed als het creatieve inzicht van de technicus te wensen over kan laten. Cees geeft het programmeren van de Trollenkoning als voorbeeld: de ontwerper wilde rugbewegingen geprogrammeerd zien die volgens de technici onzinnig waren. Omdat ze uiteindelijk 'gehoorzaamden', kan de Efteling-bezoeker nu zelf zien dat de bewegingen destijds goed gekozen zijn.

    Met de software die op de showcontroller is aangesloten kan de ontwerper de bewegingen schetsen. De nieuwe programmatuur kan zeer nauwkeurige resultaten opleveren. Martin laat me zien hoe een regisseur met de muis de armbeweging van een figuur op het scherm kan tekenen. Wat eerst kleine stapjes waren, is nu een vloeiende lijn.

    Die lijn kan een beweging van een pop zijn, maar ook een reeks lichtovergangen. Het scherm toont de lijn in een grafiek, afgezet tegen de tijdlijn van de voorstelling en tegen de lijn van een bijpassende grootheid, zoals van links naar rechts of van zacht naar hard. De lijn van het licht kan echter ook afgezet worden tegen de lijn van een beweging, waardoor deze twee exact op elkaar afgestemd zijn. De tijdlijn, de basis van waaraf de meeste Efteling-voorstellingen nu starten, bepaalt de muziek. Op de 'lijn' van de melodieën worden licht en bewegingen ingesteld.

    Niet alleen bij het programmeren van de bewegingen en overige cues is de nieuwe apparatuur efficiënter en eenvoudiger te bedienen. Het oude systeem kon slechts maximaal veertig kanalen tegelijkertijd afspelen. Bij bijvoorbeeld de Fata Morgana-attractie, een dark-ride door scènes uit de verhalen van duizend en één nacht die twaalfhonderd kanalen nodig heeft, leverde dit voorstelbare problemen op. Eigenlijk kon de werking pas echt goed worden beoordeeld toen alles af was. Maar het werd vervolgens wel erg kostbaar om nog wijzigingen door te voeren.

    Voordeel is ook, dat de nieuwe laptop op twee kilometer afstand van het moederbord nog werkzaam is. Nu zijn er niet zoals in het verleden minstens twee man nodig die met walkie talkies of naar elkaar schreeuwend, de ingestelde cues controleren en de nodige wijzigingen doorgeven. Bovendien, een wijziging is met een toetsenbord en muis eenvoudig in te voeren.

    Vogel Rok, VPT, Zichtlijnen, Efteling

    Eén besturingsapparaat regelt de veiligheid
    Cees leidt mij rond door een van de nieuwere attracties, Vogel Rok. Een grote vogel met uitslaande vleugels bewaakt de publieksingang van deze indoor-coaster. Binnenin rijdt een trein over een kronkelende rails langs vogels in allerlei maten, die op het moment dat de trein langsrijdt uit het duister oplichten, krijsen en de vleugels uitslaan, kortom, de gevoelige bezoeker angst aanjagen.

    De showcontroller zorgt ervoor, dat op het moment dat de trein een punt passeert, het licht en geluid aangaan en de bewegingen van de vogel worden ingezet. In tegenstelling dus tot de meeste andere attracties is de basislijn waarop de overige disciplines zijn afgestemd, de route die de trein aflegt. In de rails en onder de trein zitten sensoren, een soort magneetstrippen, die de showcontroller in werking zetten.

    Bij de start leggen trein en rails via infrarood-straling 'contact'. Het signaal starten wordt gegeven als alles veilig is: de attractie verloopt in principe volledig automatisch. De controleur in de regiecabine zit er dan ook niet om de treinen te besturen of het licht en geluid te regelen, maar om te zien of bijvoorbeeld niemand halverwege uitstapt. Vóór zich heeft hij een monitor die alle mogelijke fouten meldt, met de oplossingen erbij. In noodgevallen zijn er altijd een mechanicus en electromonteur paraat. Via het netwerk zijn hun computers (en die van Cees en Martin) aan die van de attracties gekoppeld.

    Beneden, onder de vloer en naast een werkruimte waar delen van de treinen van Vogel Rok worden vernieuwd, gerepareerd en opgepoetst, is het besturingssysteem geïnstalleerd. Er staat een aantal kasten, onder andere voor de versterkers, de lichtschakelaars en de showcontroller. In feite zijn er twee showcontrollers. De ingebrande Eproms zitten in een kast, pal naast de 'hoofd'-showcontroller: het besturings-apparaat dat de veiligheid regelt.

    Deze veligheidscontroleur stuurt alles aan wat geen directe betrekking heeft op de besturing van de vogels en andere show-elementen. Als de kust veilig is mag de trein gaan rijden. Op deze manier omzeilen de technici langdurige en kostbare veiligheidskeuringen voor de showcontroller. Het apparaat staat al onder voortdurende controle van de wél goedgekeurde 'hoofd-controller'.

    De Wolf en de Zeven Geitjes, VPT, Efteling, Zichtlijnen

    Thermisch geactiveerd?
    Op virtuele realiteiten zal de Efteling-bezoeker nog even moeten wachten. Maar over niet al te lange tijd kan de GSM-bezitter waarschijnlijk attracties in werking zetten. Een gevarieerd keuzemenu kan hij samenstellen als elk nummer dat hij intoetst een andere beweging van de attractie in gang zet.

    In een verdere toekomst ziet Cees ook mogelijkheden voor een thermisch of radarsysteem, een systeem in ieder geval, waarmee je een object of mens kunt volgen. De warmte die elk mens uitstraalt activeert een sensor, zoals de trein in de Vogel Rok nu, waardoor onverwacht een apparaat aangaat als de bezoeker er langs loopt. Zo ver is het nog niet. Voorlopig is de Efteling gelauwerd om waar het park al jaren het beste in is: de schoonheid van de figuren en de sublieme afstemming van de apparatuur hierop.

    Terug

LID WORDEN