• Normbladen nr. 1 en 2, Commissie VGWT, Zichtlijnen 68, januari 2000

    De commissie Veiligheid, Gezondheid en Welzijn in het Theater (VGWT) houdt zich bezig met preventie en volumebeheersing van arbeidsongeschiktheid in de theaterbranche. Hiertoe is zij in continu gesprek met de overheid en geeft zij informatie aan haar leden.

    Met de Arbeidsinspectie zijn inmiddels 2 normbladen tot stand gekomen:

    • Norm 1 Vaste trappen en ladders in het theater
    • Norm 2 Trekkenwanden

    Ter informatie van de lezers en ook in verband met de lezingen die tijdens de Vakbeurs over deze onderwerpen zullen worden gegeven drukt Zichtlijnen de teksten van deze normbladen hierbij af.

    Norm 1 Vaste trappen en ladders in theaters

    Werklocaties in een theater die op verschillende niveaus liggen en regelmatig bezocht moeten worden, zoals (portaal)bruggen, zijbruggen, rollenzolders e.d., moeten omwille van gebruiksveiligheid en beperking van fysieke belasting, in principe langs een vaste trap bereikbaar zijn. Een vaste klimladder (stijgladder/kooiladder) is alleen toegestaan als tweede uitgang/vluchtweg, of in die gevallen dat de ladder slechts incidenteel (gemiddeld 1x per theatergebruiksdag) gebruikt wordt, of waar in bestaande situaties het toepassen van een trap redelijkerwijs niet mogelijk is.

    Op trappen en ladders zijn de volgende inrichtingsvoorwaarden van toepassing:

    Algemeen
    Trappen en ladders moeten zodanig gelegen en ingericht zijn dat zij op eenvoudige wijze gebruikt kunnen worden.

    Trap
    Een trap moet tenminste 600 mm breed zijn (op grond van het Bouwbesluit geldt bij nieuwbouw een minimumbreedte van 800 mm) en aan beide zijkanten voorzien zijn van een doelmatige en stevige afscheiding. Die afscheiding moet tenminste 0,8 m hoog zijn, gemeten boven de voorkant van de tredevlakken. Daarbij moet aan tenminste één zijde een doelmatige leuning zijn aangebracht.

    De hellingshoek mag zich tussen 20⁰ en 45⁰ bevinden en is bij voorkeur 30⁰ tot 38⁰.

    N.B. Voorschriften over afmetingen van traptreden ter plaatse van de klimlijn (ook geldend voor draai- en wenteltrappen) staan vermeld in artikel 5 van het Bouwbesluit.

    Klimladder
    Bij klimhoogtes groter dan 10 meter moet na elke 7,5 meter een rustbordes zijn aangebracht. Een rustbordes kan als volgt zijn uitgevoerd:

    • als rustbordes naast de klimweg;
    • als rustbordes tussen verspringende ladderdelen.

    Bij een klimladder moet de gebruiker beveiligd zijn tegen valgevaar. Beveiliging kan door middel van doelmatige persoonlijke beschermingsmiddelen (harnasgordel met valdemper en vanglijn) of door toepassing van een ladderkooi.

    Bij toepassing van een ladderkooi mag de vrije betredingsruimte onder de kooi maximaal 3 meter hoog zijn, en moet de kooi tenminste 1,1 meter boven de bovenste laddertoegang uitsteken.

    De inwendige kooidiameter moet tenminste 0,7 meter bedragen, waarbij de verticale afstand tussen de hoepels hooguit 1,5 meter mag bedragen. De sporten moeten, in het horizontale vlak gemeten, tenminste 0,15 meter van obstakels achter de ladder verwijderd zijn.

    De hellingshoek mag zich tussen 90⁰ en 75⁰ bevinden.

    Het gevaar van vallen van hoogte bij de toe- en uitgangen die boven de onderste instapplaats gelegen zijn, dient op deugdelijke wijze te zijn voorkomen.

    Opmerkingen

    • Voor de vervanging van klimladders door trappen wordt door de Arbeidsinspectie een overgangstermijn van 4 jaar gehanteerd, gerekend vanaf 1 juli 1997.
    • Klimladders die niet door trappen vervangen hoeven te worden, moeten aan bovenstaande eisen voldoen.

     

    Nadere informatie

    • Beleidsregel 3.16 van de Beleidsregels Arbeidsomstandighedenwetgeving.
    • Arbo Informatieblad AI-14 Bedrijfsruimten - inrichting, transport en opslag.

    Wettelijke basis

    • Arbeidsomstandighedenbesluit: artikel 3.2, 3.6, 3.14 en 3.16,
    • Bouwbesluit: artikel 4 en 5.

    Norm 2 Mechanisering trekkenwand theaters

    Doel
    De arbeid aan de trekkenwand zodanig te organiseren en de arbeidsplaats zodanig in te richten dat de fysieke belasting geen gevaren met zich mee kan brengen voor de veiligheid en gezondheid van de werknemers.

    Norm

    • Er zijn maximaal 20 handbediende trekken per trekkenwand toegestaan, het maximaal te belasten gewicht mag daarbij niet hoger zijn dan 75 kg per trek; de kluitenstand dient daarbij zodanig te zijn geconstrueerd dat deze niet meer dan 75 kg aan kluiten kan bevatten.
    • Het maximale kluitgewicht mag niet meer dan 6 kg bedragen; het gebruik van kluitentafels is verplicht.
    • Het gebruik van hulplieren bij handbediende trekken is toegestaan mits de hulplier aangrijpt op de kluitenstang en voldaan wordt aan de andere voorwaarden onder dit punt genoemd
    • De werknemer die werkzaamheden aan een trekkenwand verricht dient in voldoende mate deskundig te zijn. De commissie Veiligheid, Gezondheid en Welzijn in het Theater zal in samenspraak met een aantal opleidingsinstituten eindtermen ontwikkelen. Dit dient te resulteren in een 'Opleiding Trekkenwand' welke wordt afgesloten met een certificaat. Deze opleidingsverplichting is zowel op handbediende als op gemechaniseerde trekkenwanden van toepassing.

     

    Invoeringstermijn

    • Aan de hierboven genoemde normen moet uiterlijk 1 januari 2003 zijn voldaan.
    • Deze termijn kan met maximaal twee jaar worden veriengd, indien voor 1 januari 2000 bij de Arbeidsinspectie een investeringsplan voor het mechaniseren van de trekkenwand wordt ingediend waaruit blijkt dat zowel de financiering als de levering en installatie van de trekkenwand is zeker gesteld. De theaters zullen alle afzonderlijk door de Arbeidsinspectie worden benaderd om de mogelijkheid van verlenging van de termijn en de voorwaarden waaronder hiervan gebruik kan worden gemaakt, onder de aandacht te brengen.
    • Theaters die op 1 januari 1999 beschikken over een 'hand elektrische' trekkenwand mogen in het hierboven bedoelde investeringsplan een op de eigen situatie afgestemd voorstel doen met betrekking tot de termijn van realisering; bij de beoordeling van dit voorstel zal rekening worden gehouden met de feitelijke inrichting van die trekkenwand.

    Overleg
    De Arbeidsinspectie zal op verzoek van de commissie VGWT over de wijze van handhaving van de naleving van bovenstaande normen overleg voeren met deze commissie.

    november 1998

    Terug

LID WORDEN